Terug
Gepubliceerd op 06/05/2025

Besluit  Gemeenteraad

ma 05/05/2025 - 20:00

Huishoudelijk reglement op de gemeentelijke begraafplaatsen - Vaststelling

Aanwezig: Els Goedgezelschap, Koen Van den Heuvel, Willem Geeroms, Hilde Van der Poorten, Els De Smedt, Anne De Ron, Ronny Tourné, Sophie Van Praet, Raf De Blaiser, Jan Van Camp, Patrick Pauwels, Jürgen Buyst, Luk Ceurvelt, Peggy Seeuws, Reinhilde Goossens, Robbe Cooremans, Giselle Vissers, Ine Schokkaert, Sander Schokkaert, Jorden Dewachter, Eva Peleman, Jelien De Laet, Marleen Vos, Joos Wauters, Erwin Mertens, Marc Van Aken, Kristina Galestian, Raoul Paridaens
Verontschuldigd: Yvo Van Damme, Linda Caluwaerts
Aanleiding

De gemeenteraad heeft in vergadering van 18 november 2019 het huishoudelijk reglement op de gemeentelijke begraafplaatsen vastgesteld. 

Een aanpassing dringt zich op ingevolge gewijzigde wetgeving. 

Juridische grond

Volgende bevoegdheidsgrond en regelgeving is van toepassing: 

Bevoegdheidsgrond 

  • Het Decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017, artikel 40 en 41.

Toepasselijke regelgeving

  • De wet van 20 juli 1971 op de begraafplaatsen en de lijkbezorging;
  • Het Decreet van 16 januari 2004 op de begraafplaatsen en de lijkbezorging, zoals gewijzigd door het Decreet van 9 februari 2024;
  • Het besluit van de Vlaamse regering van 14 mei 2014 tot organisatie, inrichting en beheer van begraafplaatsen en crematoria;
  • De Nieuwe Gemeentewet, met name artikelen 133 en 135 § 2;
  • Bijzondere Bestuurlijke Politieverordening “Begraafplaatsen” van 14 oktober 2019 voor de gemeente Puurs-Sint-Amands;
Feiten, context en argumentatie

De dienst Groenbeheer heeft het huishoudelijk reglement voor alle gemeentelijke begraafplaatsen van Puurs-Sint-Amands aangepast.

Vooreerst werden aanpassingen doorgevoerd welke zijn voorzien in het decreet van 9 februari 2024 tot wijziging van het decreet van 16 januari 2004. Zo is het voortaan mogelijk om de urne van de eerder overleden echtgenoot of persoon met wie de overledene een feitelijk gezin vormde samen en op hetzelfde tijdstip te begraven met de langst levende persoon. Voorts kunnen reeds overleden en gecremeerde gezelschapsdieren op aanvraag samen en op hetzelfde tijdstip met de overleden eigenaar begraven worden. 

Hernieuwingen van concessies zijn mogelijk voor 10, 15 of 25 jaar. De optie voor de termijn van 10 jaar wordt toegevoegd. 

Tenslotte wordt de sanctie m.b.t. overtredingen van dit reglement, initieel voorzien in artikel 11, geschrapt, omdat deze nooit werd toegepast. 

Aan de gemeenteraad wordt gevraagd het huishoudelijk reglement op de gemeentelijke begraafplaatsen opnieuw vast te stellen met ingang van 1 juli 2025.

Publieke stemming
Aanwezig: Els Goedgezelschap, Koen Van den Heuvel, Willem Geeroms, Hilde Van der Poorten, Els De Smedt, Anne De Ron, Ronny Tourné, Sophie Van Praet, Raf De Blaiser, Jan Van Camp, Patrick Pauwels, Jürgen Buyst, Luk Ceurvelt, Peggy Seeuws, Reinhilde Goossens, Robbe Cooremans, Giselle Vissers, Ine Schokkaert, Sander Schokkaert, Jorden Dewachter, Eva Peleman, Jelien De Laet, Marleen Vos, Joos Wauters, Erwin Mertens, Marc Van Aken, Kristina Galestian, Raoul Paridaens
Voorstanders: Els Goedgezelschap, Koen Van den Heuvel, Willem Geeroms, Hilde Van der Poorten, Els De Smedt, Anne De Ron, Ronny Tourné, Sophie Van Praet, Raf De Blaiser, Patrick Pauwels, Jürgen Buyst, Luk Ceurvelt, Reinhilde Goossens, Robbe Cooremans, Giselle Vissers, Ine Schokkaert, Sander Schokkaert, Jorden Dewachter, Eva Peleman, Jelien De Laet, Marleen Vos, Joos Wauters, Marc Van Aken, Kristina Galestian
Onthouders: Jan Van Camp, Peggy Seeuws, Erwin Mertens
Resultaat: Met 24 stemmen voor, 3 onthoudingen
Besluit

Enig artikel: De gemeenteraad stelt onderstaand huishoudelijk reglement op de gemeentelijke begraafplaatsen vast:

Artikel 1 Doel

De gemeente Puurs-Sint-Amands legt in dit huishoudelijk reglement de algemene bepalingen vast die van toepassing zijn op haar gemeentelijke begraafplaatsen.

Artikel 2 Definities

In dit reglement hebben de onderstaande begrippen de ernaast vermelde betekenis:

Begraving: De ter aardebestelling van stoffelijke overschotten, asverstrooiingen en de bijzetting of begraving van urnen.

Columbarium: Een nis in een muur als grafruimte voor een urne.

Concessie: Een gebruiksrecht voor een bepaalde termijn. Door het verlenen van een concessie verleent de gemeente aan de concessiehouder slechts een recht op genot en gebruik van de concessiegrond, urnenveld of columbariumnis overeenkomstig de vastgestelde wettelijke en reglementaire voorschriften en dit voor de duur van de concessietermijn.

Natuurlijk begraven: Anoniem begraven van een biodegradeerbare urne in het groen.

Strooiurn: Een alternatief voor de strooiweide, de assen gaan naar de grond onder de asweide.

Urnenveld: Een constructie in de grond als grafruimte voor een urne.

Gezelschapsdier: Elk dier dat tam is en traditioneel in huis voor gezelschap of voor emotionele steun wordt gehouden.

Artikel 3 Toepassingsgebied

3.1. Begraafplaatsen

Dit huishoudelijk reglement is van toepassing op de volgende begraafplaatsen:

Breendonk                         Breendonkdorp 98 b                      afscheidsruimte
Kalfort                               Coolhemveldstraat 20                  
Liezele                               Turkenhofdreef 20        
Lippelo                               Doelstraat                                    afscheidsruimte
Oppuurs                             Meir                                             afscheidsruimte
Parkbegraafplaats               Molenstraat 41                              afscheidsruimte
Puurs                                 Kerkhofstraat 1 a            
Rijweg                                Rijweg
Ruisbroek                           Donkstraat 114                             afscheidsruimte
Ruisbroek-Dorp                   Ruisbroek-Dorp
Sint-Amands                       Hekkestraat                                  afscheidsruimte

3.2. Toegang

De begraafplaatsen zijn permanent toegankelijk voor het publiek, behoudens afwijkingen vastgesteld door de burgemeester of voor een zeer korte periode voor dienstnoodwendigheden.

Artikel 4 Lijkbezorging

4.1.        Vaststellen van een overlijden

§1. Elk overlijden in de gemeente wordt zonder verwijl aangegeven aan de ambtenaar van de burgerlijke stand. Dit geldt eveneens in geval van ontdekking van een menselijk lijk op het grondgebied van de gemeente.

§2. Diegene die voor de begraving instaan, regelen met de gemeente de formaliteiten betreffende de begraving. Bij ontstentenis daarvan, wordt door de gemeente het nodige gedaan.

§3. Tot kisting mag slechts worden overgegaan nadat het overlijden werd vastgesteld door de ambtenaar van de burgerlijke stand, op voorlegging van het daartoe nodige doktersattest.
De burgemeester of zijn gemachtigde mag de kisting bijwonen.

4.2.        Mortuarium

§1.  Het mortuarium van Breendonk dient voor de voorlopige berging van een lijk indien:

  • de identificatie moet gebeuren van een onbekende persoon;
  • een lijkschouwing moet worden verricht ingevolge een rechterlijke beslissing;
  • dit noodzakelijk is voor de vrijwaring van de openbare gezondheid. In deze gevallen is de overbrenging naar het lijkenhuis verplicht;
  • personen die niet op de plaats van het overlijden bewaard kunnen worden.

4.3.        Vervoer van lijken         

§1. Het lijkenvervoer wordt waargenomen door private ondernemingen of door andere daarvoor opgeleide personen onder toezicht van de burgemeester.

§2. Het transport van lijken dient steeds op de kortst mogelijke afstand te gebeuren en in de kortst mogelijke tijd.

§3. Het vervoer van lijken naar een andere gemeente is verboden, behoudens machtiging van de burgemeesters of gemachtigden. 
Er kan een permanente toelating aangevraagd worden door rouwcentra.

§4. Niet-gecremeerde stoffelijke overschotten worden vervoerd met een lijkwagen of op een andere passende wijze die veilig, hygiënisch en respectvol voor de overledene is. Lijkwaden zonder (herbruikbare) kisten mogen niet getransporteerd worden.

§5. Het vervoer van asurnen is vrij, doch dient eveneens op een passende wijze te gebeuren, die veilig, hygiënisch en respectvol is voor de overledene.

Artikel 5 Begraven

5.1.        Algemene bepalingen

§1. De gemeentelijke begraafplaatsen zijn bestemd voor:

  • het begraven van een persoon (urne of stoffelijk overschot) in volle grond;
  • het begraven van een persoon (urne of stoffelijk overschot) in grafconcessies in grafkelders te Breendonk en Liezele;
  • het bijzetten van urnen in een columbariumnis;
  • het bijzetten van urnen in een urnenveld;
  • het verstrooien van as op de strooiweide of in de strooiurne;
  • het natuurlijk begraven (alleen op parkbegraafplaats).

§2. Het bovengronds begraven wordt niet toegestaan op de begraafplaatsen van Puurs-Sint-Amands.

§3. De volgorde voor de begravingen en de bijzettingen wordt bepaald door het college van burgemeester en schepenen, op voorstel van de technische dienst.

5.2.        Waar kan begraven worden

§1. Er kan begraven worden op de begraafplaatsen van Breendonk, Liezele, Lippelo, Oppuurs,
Parkbegraafplaats, Ruisbroek en Sint-Amands.

§2. Te Puurs (Kerkhofstraat) en Kalfort kunnen alleen nog begravingen gebeuren in lopende grafconcessies.

§3. Er kan niet meer begraven worden op de begraafplaatsen van Rijweg en Ruisbroek-Dorp.

5.3.        Wie kan begraven worden

Op de gemeentelijke begraafplaatsen mogen de lijken worden bezorgd van personen die ofwel:

• op het ogenblik van het overlijden ingeschreven waren in één van de bevolkingsregisters van Puurs-Sint-Amands;
• levenloos teruggevonden zijn op het grondgebied van Puurs-Sint-Amands;
• vroeger in één van de bevolkingsregisters van Puurs of Sint-Amands waren ingeschreven;
• beschikken over een plaats in een concessie.

5.4.        Urne van overleden partner

De urne met de as van de eerder overleden echtgenoot of persoon die met de overledene een feitelijk gezin vormde, kan, wanneer de overledene dit in zijn laatste wilsbeschikking heeft bepaald of bij gebrek daaraan op gezamenlijk schriftelijk verzoek van alle bloed- en aanverwanten van de eerste graad, samen en op hetzelfde tijdstip:

1° met de overledene met de doodskist worden begraven;
2° met de in een lijkwade gehulde overledene worden begraven;
3° met de urne van de overledene in een urnenveld worden begraven;
4° met de urne van de overledene in het columbarium worden geplaatst;
5° met de as van de overledene op de strooiweide worden uitgestrooid.

Wanneer de eerder overleden echtgenoot of persoon die met de overledene een feitelijk gezin vormde zich daar in zijn wilsbeschikking tegen verzet heeft, is bijzetting, bijbegraving of gezamenlijke uitstrooing, verboden.

De samen met de overledene begraven of bijgezette urne volgt de bestemming van de kist of van de urne van de laatst overledene bij opgraving van laatstgenoemde.

5.5.        Urne van gezelschapsdieren

Op aanvraag is het mogelijk om de urne met de as van reeds eerder overleden gezelschapsdieren gelijktijdig met de begunstigde te begraven. De afmetingen van de urnen dienen vooraf te worden afgestemd met de gemeente.

5.6.        Wanneer kan begraven worden

§1. De gemeente beslist over de dag en het uur van de begravingen.

§2. De begravingen zijn mogelijk op werkdagen tussen 9u en 16u en op zaterdagen tussen 9u tot 14u.

§3. Op zondagen en onderstaande feestdagen zijn er geen begravingen mogelijk:

  • Nieuwjaar en 2 januari
  • Paasmaandag
  • Dag van de Arbeid, 1 mei
  • O.H. Hemelvaart
  • Pinkstermaandag
  • Feestdag van de Vlaamse Gemeenschap, 11 juli
  • Nationale feestdag, 21 juli
  • O.L.V. Hemelvaart, 15 augustus  
  • Allerheiligen, 1 november
  • Allerzielen, 2 november
  • Wapenstilstand, 11 november
  • Kerstmis, 25 december

5.7.        Begraving aanvragen

§1. Een begraving wordt schriftelijk aangevraagd bij de diensten Burgerzaken en Begraafplaatsen.
Naast de overlijdensaangifte bezorgt de begrafenisondernemer volgende gegevens voor de uitvoering van de begraving:

  • de identiteit van de aanvrager en verwantschap met de overledene;
  • de identiteit van de overledene, adres, geboorte- en overlijdensdatum;
  • de eventuele vraag voor een grafconcessie en de naam van de tweede begunstigde;
  • de gewenste begraafplaats;
  • de datum en het gewenste uur van aankomst op de begraafplaats;
  • de wijze van begraven;
  • de facturatiegegevens; volledige officiële naam, adres, telefoonnummer en e-mailadres.

Deze gegevens worden gehandtekend door een familielid en de begrafenisondernemer.

§2. De begrafenisondernemer wordt geacht voorafgaand aan de aanvraag met de technische dienst van de gemeente contact op te nemen in functie van reeds geplande begravingen en beschikbaarheid van een grafmaker.

§3. Wanneer de openbare gezondheid vergt dat de begraving vroeger plaats heeft, zal de burgemeester, na advies van de ambtenaar van de burgerlijke stand te hebben ingenomen, datum en uur van de begraving bepalen.

5.8.        Bevoegdheden grafmaker

Uitsluitend grafmakers van de gemeente zijn ertoe bevoegd te zorgen voor:

  • het delven van een graf voor begravingen of bijzettingen in volle grond;
  • het (her)vullen van de kuil;
  • het openen en sluiten van columbaria, urnenkelders en grafkelders.

Artikel 6 Niet geconcedeerde begravingen

6.1.        Aanvraagprocedure
De aanvraagprocedure voor het nemen van een niet geconcedeerde begraving is dezelfde als diegene die beschreven staat in artikel 5.7.

6.2.        Termijn
§1. Een niet-geconcedeerd graf wordt toegekend voor een periode van 10 jaar en voor maximum één persoon. Uitzonderlijk kan een tweede persoon gelijktijdig worden bijgezet volgens art 5.4.
Binnen deze termijn zijn ambtshalve verplaatsingen steeds mogelijk. 

§2. Na afloop van deze termijn van 10 jaar wordt het graf verwijderd of leeggemaakt, nadat gedurende één jaar een afschrift van de beslissing tot verwijdering van graven werd uitgehangen aan de ingang van de begraafplaats én bij de rij graven, urnenveld of columbaria.
De belanghebbenden beschikken vanaf de datum van bekendmaking over één jaar om de graftekens weg te nemen. Na die termijn worden ze eigendom van de gemeente.

§3. Het verstrooien van as op de asweide of in de strooiurn en het natuurlijk begraven van biodegradeerbare urnen is niet beperkt in tijd. De naamplaatjes blijven aangeplakt gedurende 10 jaar.

§4.  De omvorming naar een concessie is mogelijk mits een ontgraving en verplaatsing naar een concessierij en het plaatsen van een nieuwe grafsteen. Kostprijzen worden bepaald in het retributiereglement. De concessie neemt aanvang vanaf de eerste (oorspronkelijke) datum van begraven.

Artikel 7 Geconcedeerde begravingen

7.1.        Algemene bepalingen

§1. Zolang de omvang van de begraafplaatsen dit mogelijk maakt, worden concessies verleend voor het begraven of bijzetten van stoffelijke overschotten.

§2. Op de gemeentelijke begraafplaatsen worden concessies verleend die betrekking hebben op:

  • een perceel grond;
  • een urnengraf in het urnenveld;
  • een nis in het columbarium.

§3. Concessies worden niet toegekend vóór het overlijden van één van de begunstigden of de enige begunstigde.

§4. Alle afstand of overdracht van concessies is verboden. De concessies zijn onvervreemdbaar en kunnen niet worden overgedragen, behoudens aan kinderen en kleinkinderen.

§5. Er mag aan een concessie nooit een andere bestemming worden gegeven dan die waarvoor ze werd verleend door het college van burgemeester en schepenen.

7.2.        Aanvraagprocedure nemen van een grafconcessie

De aanvraagprocedure voor het nemen van een grafconcessie is dezelfde als diegene die beschreven staat in artikel 5.7.
Na de betaling van de factuur door de aanvrager bevestigt het college van burgemeester en schepenen de concessie. Een uittreksel van deze beslissing wordt bezorgd aan de aanvrager.  

7.3.        Termijn

§1. Een grafconcessie is voor maximaal 2 personen en wordt verleend voor een periode van 25 jaar, die aanvangt op de datum van de eerste begraving.

§2. Het college van burgemeester en schepenen wordt gemachtigd om de concessies te verlenen conform de modaliteiten van het huishoudelijk reglement en de vastgestelde tarieven.

§3. Het college van burgemeester en schepenen wordt eveneens gemachtigd om de concessies te beëindigen bij toepassing van de procedure van verwaarlozing en naar aanleiding van een vraag tot vroegtijdige beëindiging van een concessie.

7.4.        Percelen

Op sommige begraafplaatsen zijn enkele aparte percelen voorzien:

Islamitisch perk
Op de begraafplaats van Oppuurs is een apart begraafperceel ingericht voor de belijders van de islamitische godsdienst. Op dit perceel worden de graven in de richting van Mekka geplaatst.

Kinderperk
Het kinderperk op alle begraafplaatsen is bestemd voor begravingen in volle grond van kinderen jonger dan 12 jaar. Een kindergraf is voor maximum 1 persoon.  

Koesterplaats
De koesterplaats op de parkbegraafplaats is ook een kinderperk, maar dan met enkele speelaanleidingen in functie van rouwverwerking.

Ereperk
Een graf op het ereperk van Puurs, Sint-Amands en Ruisbroek is voor maximum 1 persoon, voor:

  • Oud-strijders van de oorlog 1940 – 1945;
  • Erkende politieke gevangenen;
  • Erkende gewapende weerstanders die in het bezit zijn van een bewijs van Nationale Erkentelijkheid.

7.5.        Hernieuwingen concessie

§1. Minstens 1 jaar voor het verstrijken van concessietermijnen wordt door de technische dienst een akte opgemaakt waarin wordt meegedeeld welke concessies moeten worden hernieuwd.
Een afschrift van deze akte wordt een jaar lang uitgehangen aan de inkom van de begraafplaats en bij het graf zelf.

§2. De concessies kunnen op aanvraag van een belanghebbende hernieuwd worden.
De hernieuwing kan enkel geweigerd worden indien blijkt dat op het moment van de aanvraag de concessie verwaarloosd is.

§3. Als geen aanvraag voor hernieuwing is gedaan voor het verstrijken van de concessietermijn, dan vervalt de concessie.

§4. Er mogen geen bijzettingen gebeuren in concessies waarvan de termijn verstreken is.

§5. De duur van de hernieuwing bedraagt 10, 15 of 25 jaar, ingaand vanaf de einddatum van de oorspronkelijke concessie.

§6. Ingevolge wettelijke bepalingen werden eeuwigdurende concessies afgeschaft en omgezet in hernieuwbare concessies van 50 jaar. Op verzoek van ieder belanghebbende kunnen deze kosteloos worden hernieuwd.

7.6.        Vroegtijdige beëindiging concessie

§1. In volgende gevallen kan het college van burgemeester en schepenen een grafconcessie vroegtijdig beëindigen:

  • op schriftelijk verzoek van de concessiehouder, diens erfgenamen en rechthebbenden;
  • ingeval van vastgestelde verwaarlozing;

§2. Gedurende zes maanden zal een bericht worden aangeplakt aan het graf. In dit bericht zal worden vermeld dat een belanghebbende deze concessie niet wenst te behouden of de verwaarlozing werd vastgesteld en dat het graf zal worden weggeruimd.
Het bericht zal ook vermelden waar men terecht kan om hiertegen een bezwaar te uiten. Het college van burgemeester en schepenen wordt gemachtigd door de gemeenteraad om de concessie te beëindigen, zes maanden na de aanplakking  en op voorwaarde dat er geen bezwaar werd geuit.

§3. Wanneer een concessie om welke reden dan ook een einde neemt, worden de graftekens die niet zijn weggenomen en de nog bestaande ondergrondse constructies eigendom van de gemeente.

§4. De betaalde concessieprijs kan noch geheel, noch gedeeltelijk worden teruggevorderd.

7.7.        Beëindigen concessie en verderzetten in een andere gemeente

§1. Op schriftelijk verzoek van de concessiehouder of zijn erfgenamen, of bij ontstentenis hiervan, iedere belanghebbende, kan het college van burgemeester en schepenen een concessie vroegtijdig beëindigen om de overledene te verplaatsen naar een andere begraafplaats buiten de gemeente Puurs-Sint-Amands.
De gemeenteraad delegeert deze taak aan het college van burgemeester en schepenen.

§2. In dit geval kan het college van burgemeester en schepenen beslissen om de betaalde concessieprijs gedeeltelijk terug te betalen:

  • na bekendmaking tijdens een periode van een half jaar bij de concessie en zonder bezwaren en
  • na betaling van de belasting op ontgraving en
  • na voorlegging van het uittreksel van de notulen opgemaakt door de andere gemeente.

§3. Bezwaren tegen een vroegtijdige beëindiging moeten schriftelijk worden ingediend bij het college van burgemeester en schepenen.

7.8.        Dringend wegnemen verwaarloosde grafstenen

In geval van dringende noodzakelijkheid kan de burgemeester ambtshalve verwaarloosde gedenktekens doen wegnemen zonder verhaal of aanspraak op vergoeding. De dringende noodzaak zal vastgesteld worden in een akte, opgemaakt door de burgemeester, die wordt aangeplakt aan het graf en aan de ingang van de begraafplaats.

Het college van burgemeester en schepenen wordt tijdens de eerstvolgende zitting door de burgemeester op de hoogte gesteld.

7.9.        Verplichte verplaatsing van een grafconcessie

In geval van terugneming van het geconcedeerd graf wegens openbaar belang of dienstnoodwendigheden kan de concessionaris geen aanspraak maken op enige vergoeding. Hij heeft slechts recht op het kosteloos bekomen van een zelfde graf op een ander deel van de begraafplaats, tot het einde van de concessietermijn, terwijl de eventuele kosten van de overbrenging van de stoffelijke overschotten en van de grafsteen ten laste zijn van de gemeente.

In geval van wijziging van de bestemming van de begraafplaatsen kan de concessionaris geen aanspraak maken op enige vergoeding. Hij heeft slechts recht op het kosteloos bekomen van een perceel of nis van dezelfde afmetingen op de nieuwe begraafplaats, terwijl de eventuele kosten van de overbrenging van de stoffelijke overschotten ten laste zijn van de gemeente en deze van de eventuele overbrenging van de graftekens ten laste van de concessionaris.

7.10.      Vervallen concessies

De gronden, nissen en urnengraven die het voorwerp uitmaken van vervallen grafconcessies, zullen worden ontruimd na 31 december van het jaar waarin de concessies vervallen. Indien de graftekens niet worden weggenomen binnen de gestelde termijn, zullen deze door de gemeente worden verwijderd.

In geval van vervallen concessies voor een columbariumnis of urnengraf, zorgt de gemeente voor de verstrooiing van de as op de strooiweide. De datum en uur van verstrooiing zal worden medegedeeld aan de nabestaanden indien zij aangegeven hebben daarbij aanwezig te willen zijn.

Artikel 8 Grafstenen

8.1.        Algemene bepalingen

§1. Het plaatsen van een grafsteen op niet-geconcedeerde graven is niet verplicht. Bij geconcedeerde graven is dit wel verplicht.

§2. Tenzij de overledene anders heeft beschikt of zijn verwanten zich er tegen verzetten, heeft eenieder het recht op het laten plaatsen van een grafsteen zonder afbreuk te doen aan het recht van de concessiehouder.

§3. Het plaatsen van een grafsteen vereist steeds de schriftelijke toestemming van de technische dienst van de gemeente. Graftekens die worden geplaatst zonder toestemming kunnen verwijderd worden op kosten van de firma die ze geplaatst heeft.

§4. Indien binnen de termijn van zes maanden de plaatsing van een nieuwe grafzerk of de afdekplaat niet is uitgevoerd of indien tijdens de verdere duur van de concessie niet langer aan die voorwaarden voldaan is, kan dit aanleiding geven tot het treffen van dezelfde maatregelen als deze die ingevolge de wet op de begraafplaatsen en de lijkbezorging zijn voorzien bij verwaarlozing van graven.

§5. In geval van bijbegraving moet na de begrafenis het perceel onmiddellijk in een ordentelijke staat gebracht worden en dienen de graftekens of de afdekplaten herplaatst te worden binnen een termijn van drie maanden.

8.2.        Grafstenen op niet-geconcedeerde graven (exclusief parkbegraafplaats)

§1. De grafstenen dienen in natuursteen te worden uitgevoerd.

§2. Een grafsteen op een niet-geconcedeerd grondgraf moet beantwoorden aan volgende voorschriften:

  • Afmetingen Sint-Amands, Oppuurs en Lippelo: 1,80 m (L) x 0,80 m (B) x max. 1,20 m (H);
  • Afmetingen Ruisbroek, Breendonk, Puurs, Kalfort, Liezele:  1,70 m (L) x 0,80 m (B) x max. 1m (H).

§3. De grafsteen van een columbariumnis moet beantwoorden aan volgende voorschriften:

  • Afmetingen Sint-Amands, Oppuurs en Lippelo: 0,33 m (L) x 0,30 m (B) x 0,02 m (D);
  • In Breendonk, Ruisbroek, Puurs, Kalfort, Liezele hebben de nissen verschillende maten en vormen;
  • Op de afsluitplaten mag een vaasje worden aangebracht;
  • De bevestiging van de afdekplaat gebeurt met bouten, niét met siliconen.

§4. De grafsteen van een urnengraf moet beantwoorden aan volgende voorschriften:

  • Afmetingen Sint-Amands, Oppuurs en Lippelo: 0,50 m (L) x 0,50 m (B) x 0,05 m (H);
  • De afdekplaat moet geplaatst zijn zodat het bovenvlak van de steen gelijk ligt met het maaiveld;
  • In Breendonk, Ruisbroek, Puurs, Kalfort, Liezele moet aan volgende voorwaarden worden voldaan:

-          basis met afmetingen 0,5 m (L) x 0,6 m (B) x 0,05 m (H) en volgens gedetailleerde tekening;

-          stevig geplaatst zijn in overeenstemming met de lijnrichting;

-          de onderlinge afstand tussen twee afdekplaten van het urnenveld moet vrij gehouden worden en er mag geen beplanting, bedekkingsmateriaal of enig ander voorwerp worden geplaatst.

§5. Een grafteken of zerk op het ereperk moet:

  • In Sint-Amands zijn: 0,85m (H) x 0,55m (B) x 0,20m (D);
  • In Ruisbroek zijn:  1,60 m (L) x 0,70 m (B) x 1,08 m (H).

8.3.        Grafstenen op geconcedeerde graven (exclusief parkbegraafplaats)

§1. De grafstenen dienen in natuursteen te worden uitgevoerd.

§2. Op de plaats waarin een stoffelijk overschot of een asurne begraven werd in geconcedeerde grond moét uiterlijk vanaf het einde van de zesde maand na de aanvang van de concessie een grafsteen aanwezig zijn.

§3. Voor een grondgraf dient de grafsteen zo groot als de oppervlakte van de grafconcessie in de grond geplaatst te zijn met afmetingen: 2,00 m (L) x 1,00 m (B) x max. 1,20m (H).

§4. Een grafsteen bij begraving in een urnenveld en een columbarium volgens het vast model moet voldoen aan de afmetingen voorzien in artikel 8.2.

§5. Een grafsteen op het kinderperk moet deze afmetingen hebben:
1,00m (L) x 0,60 m (B) x max. 0,80m (max. H).

8.4.        Patrimoniumlijst

Het college van burgemeester en schepenen maakte een lijst op met de graven en grafmonumenten met lokaal historisch belang.

8.5.        Grafstenen op parkbegraafplaats

8.5.1.    Algemeen
De parkbegraafplaats is een groene begraafplaats:

  • De grondbegravingen worden voorzien onder gras, de grafsteen staat achter het graf zodoende de steen niet moet verwijderd worden bij een tweede begraving in een grafconcessie;
  • De columbaria zijn begroeid met klimplanten;

8.5.2.     Uniforme grafstenen
Alle grafstenen op de parkbegraafplaats zijn uniform en worden vooraf geplaatst door de gemeente.
De grafstenen kunnen aangekocht worden en indien aangekocht kan deze grafsteen worden gepersonaliseerd.
Wordt de grafsteen niet aangekocht, is het verboden om deze steen te personaliseren en om er iets vast op te plaatsen.

§1. De grafstenen voor urnengraven zijn vlak en 0,80 m (L) x 0,80 m (B) x 0,05 m (H).

§2.De grafstenen voor grondbegravingen zijn 0,60 m (L) x 1,00 m (B) x 0,60 m (H).

§3. De columbaria dienen terug gesloten te worden met de bestaande natuurstenen afdekplaten.

8.6.        Naamplaatjes

§1. Op iedere begraafplaats is er een herdenkingszuil opgericht waarop nabestaanden een naamplaatje kunnen laten aanbrengen van de personen van wie de as werd uitgestrooid of natuurlijk werd begraven (parkbegraafplaats).
De naamplaatjes zijn 0,06 m (H) x 0,10 m (B) groot voor één naam, geboorte- en overlijdensdatum en worden op vraag én na betaling van de nabestaanden door de gemeente aangemaakt en aan de herdenkingszuil bevestigd.
Na een periode van 10 jaar vanaf het aanbrengen van het naamplaatje aan de herdenkingsmuur wordt overgegaan tot verwijdering ervan. Dit wordt een jaar voordien aangekondigd bij de herdenkingsmuur.

§2. Voor niet aangekochte grafstenen van urnengraven en grondgraven op de parkbegraafplaats kunnen er ook naamplaatjes worden aangekocht van 0,30 m (H) x 0,30 m (B) voor een periode van 10 jaar.
Op deze naamplaatjes kan naast de naam en geboorte- en overlijdensdatum nog een foto of tekening gezet worden. Deze worden ook aangemaakt en geplaatst door de grafmaker van de gemeente.

8.7.        Sierstukken en beplantingen

8.7.1. Grafstenen grondgraven

§1. Een graf mag verfraaid worden met sierstukken zoals bloempotten, kransen en beelden die geen aanstoot geven. Deze sierstukken moeten wel worden verwijderd indien zij stuk zijn. Wanneer de planten afgestorven zijn, moeten nabestaanden de bloemen of planten verwijderen. Bij gebreke hiervan zal de opruiming ambtshalve gebeuren.

§2. Rond de graven mogen geen afsluitingen of omheiningen worden geplaatst. Kniel –en bidbanken zijn niet toegelaten.

8.7.2. Urnengraven

Het is verboden om beplanting, bedekkingsmateriaal of andere voorwerpen te plaatsen tussen de ruimte te midden van de gedenkstenen.

Het is verboden om op de gedenksteen vaste constructies te plaatsen, alsook het aanbrengen van vaste beplanting. Dit verbod geldt niet voor het neerleggen van bloemstukken en sierstukken.

8.7.3. Columbaria en strooiweide

Het is verboden aan het columbarium of op de strooiweide permanente sierstukken (uitgezonderd vaasje) te bevestigen of neer te leggen. Bloemstukken en bloemenkransen die neergelegd worden, worden indien  verslenst verwijderd door de gemeente.

8.7.4. Natuurlijk begraven

Bij de urnen die natuurlijk worden begraven, mag niets worden achtergelaten. Kransen en bloemen dienen bij de herdenkingsmuur aan de asweide neergelegd te worden.

8.7.5. Verwijderen van sierstukken en beplantingen

§1. Bloem- en sierstukken die werden geplaatst naar aanleiding van Allerheiligen worden ten gepaste tijden verwijderd door de gemeente, bij ongunstige weersomstandigheden vanaf 15 november. De aankondiging zal bekend worden gemaakt aan de ingang van de begraafplaats.

§2. Bij overtreding van bovenstaande bepalingen zullen niet reglementaire elementen op risico en geheel ten laste van de overtreder worden opgeruimd door de gemeentelijke diensten. De overtreder kan na afloop geen verhaal halen op de verwijderde stukken.

§3. De gemeente staat niet in voor de bewaking van de geplaatste voorwerpen.

8.8.        Algemene bepalingen voor steenkappers

8.8.1. Aanvraagprocedure voor het plaatsen van een grafsteen

Volgende gegevens bezorgt de aanvrager aan de technische dienst:

  • Naam, voornaam en overlijdensdatum van overledene;
  • Betreffende begraafplaats;
  • Schets met afmetingen van de gewenste grafsteen;
  • Materiaal van de gewenste grafsteen;
  • De volledige gegevens van de aanvrager.

Wanneer de aanvraag voldoet aan het reglement wordt de toelating tot plaatsing verzonden naar de aanvrager.

8.8.2. Plaatsing van de grafsteen

§1. De firma of aangestelde personen die de grafzerken plaatsen, moeten volgende bepalingen in acht nemen:

  • Steenkappers dienen de gemeentediensten minstens twee dagen vooraf van hun komst te verwittigen. Zij dienen de toelating van de gemeente tot plaatsing van de grafstenen, sierstenen voor urnenvelden en columbariumnissen steeds bij zich te dragen;
  • De aarde, materiaal, bouwstukken of andere voorwerpen mogen niet terecht komen op andere graven, grafzerken, wandelgangen en dergelijke;
  • Overtollige grond bij het plaatsen van graftekens moeten naar de daartoe bestemde plaats gebracht worden door de steenkapper of opgeladen en afgevoerd worden naar een stort naar keuze;
  • De werken moeten zonder onderbreking worden uitgevoerd;
  • Bij een begrafenis worden de paden vrij gemaakt;
  • Bij een bijlegging in een bestaande concessie zal de grafzerk of het grafteken niet geplaatst worden op een wandelpad;
  • De graftekens moeten voldoende stevig gezet worden zodat overhellen onmogelijk wordt. Daartoe mag enkel de aarde goed worden aangedrukt. Overtollige grond die vrijkomt bij het plaatsen moet worden afgevoerd door de firma die het grafteken geplaatst heeft.

§2. Het is verboden is om grafstenen te plaatsen op de data zoals voorzien in artikel 5.6.§3.

§3. Het is vanaf de voorlaatste werkdag van oktober t.e.m. 11 november, behoudens toestemming van het college van burgemeester en schepenen, verboden is om graftekens te plaatsen of werken uit te voeren aan de grafstenen.

§4. Schade aangebracht aan het openbaar domein en grafstenen is geheel ten laste van de aansprakelijke persoon.

Artikel 9 Ontgravingen

9.1.        Algemene bepalingen

Ontgravingen vóór het verstrijken van de grafrust zijn enkel mogelijk op bevel van de gerechtelijke overheid en op verzoek wegens ernstige redenen van belanghebbenden, mits een voorgaande machtiging van de burgemeester. 

Bij de ontgraving worden enkel door de burgemeester gerechtigde personen toegelaten.

De begraafplaats wordt gesloten op het tijdstip van de ontgraving.

Dag en uur van de ontgraving worden door de burgemeester bepaald.

9.2.        Aanvraag tot ontgraving

§1. De aanvraag tot ontgraving kan enkel schriftelijk aangevraagd worden door:

  • overlevende echtgeno(o)t(e);
  • samenwonende partner;
  • bloedverwanten 1e graad.

§2. In geval van ontgraving van een lichaam om gecremeerd te worden, dient de familie vooraf een toelating bekomen te hebben van de Procureur des Konings van het parket van Mechelen, dienst jeugd en gezin. Daarvoor dient de aanvrager een gemotiveerde aanvraag te verzenden naar het parket, vergezeld van een machtiging tot ontgraving, attest van de wijze van aardebestelling en medisch attest.

§3. In geval van herbegraving van een kist moet vooraf een toelating worden bekomen van een gemeentelijke begraafplaats.

Artikel 10 Ordemaatregelen

Op de begraafplaatsen is het verboden gelijk welke daad te stellen of een houding aan te nemen die de welvoeglijkheid van de begraafplaats en het eerbied verschuldigd aan de overledenen stoort of kan storen.

Meer bijzonder is het verboden:

  • schade te berokkenen aan grafmonumenten, omheiningen of andere gedenktekens die graven sieren;
  • grafschriften te plaatsen die oneerbiedig zijn of die aanleiding geven tot wanorde;
  • de gemeentelijke afscheidsruimtes voor andere doeleinden te gebruiken behoudens het houden van een afscheidsceremonie tijdens een begrafenis;
  • de asverstrooiingsweide te betreden en er graftekens of versierselen te plaatsen, behoudens bloemen of bloemstukken;
  • beplantingen te laten groeien buiten de afmetingen van het graf en voor de identificatiegegevens op het grafteken;
  • afval, papier of verpakkingsmaterialen achter te laten, tenzij in ter beschikking staande afvalkorven en/of containers. De afvalbakken mogen niet benut worden voor het deponeren van huishoudelijk afval en/of tuinafval;
  • reclamebriefjes, aanplakbiljetten, opschriften of aankondigingen te verspreiden of aan te brengen, behoudens in gevallen bepaald bij het decreet of het huishoudelijk reglement;
  • honden of andere dieren mee te nemen, tenzij zeer kort aan de leiband;
  • met voertuigen de begraafplaats binnen te rijden, tenzij om uitzonderlijke redenen waartoe toelating wordt verleend door de burgemeester of zijn gemachtigde. Dit verbod is niet van toepassing voor de lijkwagen, rijtuigen voor mindervaliden en dienstvoertuigen;
  • zich luidruchtig op te stellen.

De bijzondere bestuurlijke politieverordening is van toepassing in geval van diefstal of beschadiging van op de graven geplaatste voorwerpen.

Artikel 11 Retributies

Alle tarieven die betrekking hebben op begravingen, concessie(hernieuwingen), naamplaatjes op herdenkingsmuur en ontgravingen worden opgenomen in een retributiereglement dat wordt vastgesteld door de gemeenteraad.

Artikel 12 Slotbepalingen

Gevallen die niet in het huishoudelijk reglement worden beschreven, worden beslecht door het college van burgemeester en schepenen, in zoverre zij niet door de wetgeving op de begraafplaatsen en de lijkbezorging aan een andere overheid worden toegewezen en niet in strijd zijn met het niet-discriminatieprincipe.

Artikel 13 Opheffingsbepalingen

Het huishoudelijk reglement gemeentelijke begraafplaatsen en de lijkbezorging, zoals vastgesteld door de gemeenteraad in vergadering van 18 november 2019, wordt opgeheven met ingang van
1 juli 2025.

Artikel 14 Vaststelling en inwerkingtreding

Dit huishoudelijk reglement werd vastgesteld door de gemeenteraad van 5 mei 2025 en treedt in werking op 1 juli 2025. Jaarlijks wordt de werking van dit reglement geëvalueerd of indien de nood zich voordoet.

Dit reglement wordt bekendgemaakt via de gemeentelijke website.